Het Volk van Laaf | |
---|---|
De hoofdingang tot het Lavenlaar | |
Locatie | Marerijk |
Type | Walkthrough |
Ontwerp | Ton van de Ven |
Geopend | 12 april 1990 |
Opening | 15 juni 1990 |
Horeca | voorheen Lurk en Limoenhuys |
Figuren | 53 Laven |
Opvolger van | Speeltuin |
Attracties |
Het Volk van Laaf is een attractie in Marerijk, waar bezoekers het dorpje van het sprookjesvolk de Laven kunnen bezichtigen: Het Lavenlaar. Het Lavenlaar bestaat uit vijftien huisjes waarvan een groot deel van binnen bezichtigd kan worden. Vier van de huisjes bevatten een loertafereel. In deze scènes en in de buitenlucht zijn de Laven te bekijken terwijl ze met hun dagelijkse bezigheden bezig zijn. Verder bestaat de nederzetting uit o.a. speeltoestellen, lachspiegels en een kabbelend beekje. Door het hele Lavenlaar slingert door de toppen van de bomen ook de Slakkenmonorail, waar je een uitzicht van boven op de enclave van het luimige volkje hebt.
Het sprookje en alle ontwerpen voor het Volk van Laaf zoals dat opende in 1990, zijn bedacht en gemaakt door Ton van de Ven. De bouwstijl van de verschillende huisjes is een mengelmoes aan architectuur van over de hele wereld, in een stijl die de unieke handtekening van Van de Ven draagt. Kenmerkend voor de bouwstijl zijn de puntdaken met bol.
Het sprookje achter de Laven, dat in het Loerhuys te bekijken is, verhaalt dat de Laven vele jaren geleden op de Noordpool leefden. Toen het ijs en de onophoudelijke sneeuwstormen begonnen, ging het volk op de vlucht, geleid door de vader der Laven, de Grote Laaf, en zijn vrouw, Oermoeder Lot. Na een lange, barre tocht door het middelste der aarde kwam het volk bovengronds in de Efteling om daar hun nederzetting te bouwen.
Omschrijving
Het Lavenlaar is het dorp waar het volk van Laaf woont en werkt. Het is te betreden via de hoofdpoort tussen het Lonkhuys en het Slakkenhuys, tegenover restaurant Het Witte Paard, maar er zijn meer in- en uitgangen. De hele enclave is anderhalf hectare groot en wordt omringd door een muur, waarbij er toegangspoorten te vinden zijn in het zuidwesten (naast Lot's Kraamhuys), het westen (bij de lachspiegels), het noordwesten (bij Lal's Brouwhuys), het noordoosten (achter het Leerhuys), het oosten (achter het Lariekoekhuys) en grenzend aan het Anton Pieckplein in het zuidoosten (vlakbij het Leed- en het Lachhuys). Aan de noordkant van het Lavenlaar staat een hogere muur met om de zoveel meter een torentje. Hier achter bevindt zich de Europalaan.
Het Lavenlaar
De entree tot het Lavenlaar bestaat uit een open poort tussen twee torentjes. Boven de poort staat in rode letters in het Anton Pieck-lettertype te lezen "Het Lavenlaar". Links van deze poort bevindt zich het imposante Lonkhuys met het bijzonder vleugelhelmdak. Vanuit hier kun je al een stukje van het Lavenlaar overzien. Op het pleintje waar je uitkomt na het betreden van de poort, of via het Lonkhuys, staat de Lebberpomp met drie Lebbertuiten. De pomp vangt regenwater op, maakt het schoon en door te pompen stroomt het water afwisellend uit één van de drie tuiten. Ook op dit plein staat Loetwiek de orgellaaf. De Laaf met blonde krullen bespeelt vanuit zijn orgel met de hand de blaaspijpen en produceert een aanstekelijk muziekje. Aan de rechterkant zie je het Loerhuys. Het is omringd door een reeks hoge kegelvormige plantenbakken. In het Loerhuys is een diepe put geslagen en al wie daar in loert hoort het verhaal van de Laven.
Ten westen van dit plein vind je een bruggetje dat je bij Lot's Kraamhuys brengt, waar Oermoeder Lot de Larfjes verzorgt en oude Laven van Lotje tikt. Vlakbij ligt een vijver die onderdeel is van het Lavenlaak. Deze aaneenschakeling van beekjes en vijvers stroomt door heel het Lavenlaar. Als je verder loopt kom je langs een IJslandse boomwortel waarvan er meerdere in het Lavenlaar te vinden zijn. Ze herinneren aan het thuisland van de Laven op de Noordpool. Daarnaast staan de Lachspiegels en Lolwippen en zo nader je een plein waar middenop een grote kruidenspiraal is gebouwd, waarop je ook naar boven kunt lopen. Hierachter vind je Lal's Brouwhuys vindt. Hier worden volgens een oeroud recept Lurk en Limoen gemaakt onder leiding van de brouwer Lal. Met behulp van een ingenieus systeem wordt daarvoor het water uit het Lavenlaak gebruikt. Net als bij veel andere huisjes in het Lavenlaar kan je hier door kaleidoscopen kijken die door de muur steken, waardoor je de buitenwereld heel anders gaat zien.
Even verder leunt het Leunhuys op twee muren. Bovenin is Lektriek te zien, bezig met het repareren van een peertje. Als je de poort nu links van je neemt kom je bij het Lurk en Limoenhuys, waar je vroeger werkelijk je dorst kon lessen, nu tref je er laaf Luur die sappen bereidt. Het bruggetje rechts brengt je bij het Loof en Eerhuys, waar het gouden beeld van de Grote Laaf staat - de enige Laaf die definitief het Grote Lood heeft gelegd. In de andere kamer van dit huis is het gat te zien waaruit de Laven kwamen.
Op een grote plas, niet zo ver van het Loof en Eerhuys, vind je Lijn's Zweefhuys. Daarnaast bevindt zich een gebouw dat doet denken aan een enorme buik, het Lavelhuys. Hier woont Lorrenloet, die tweedehands materiaal verhandelt en alleen te zien is als je de monorail neemt. Naast dit huis liggen de stapstenen. Eenmaal hieroverheen zie je recht voor je het Leerhuys. Een uil zit boven de ingang en we kunnen hier goed naar binnen kijken, waar meester Lavi de looi leert aan zijn leerlingen.
Op het grote plein dat zich voor het Leerhuys bevindt zie je een molensteen die als tafeltje wordt gebruikt en een heuveltje waar de Loerpijpen uitsteken. Ten oosten hiervan staat een gebouw met bovenop een schoorsteenveger. Dit is het Glijhuys, zoals dat met sierletters te lezen valt van de muur, een gebouw waar je via ladders van verschillende glijbanen kan gaan. Even verderop staat de bakkerij van de Laven, het Lariekoekhuys, alwaar de liflafjes en lariekoeken waar Laven zich mee voeden gebakken worden door de gebroeders Luim. Aan de wieken van de molen is een ondeugende Laaf te zien.
Wanneer je hier doorloopt, over het bruggetje, of via de andere kant van het Lariekoekhuys, kom je bij het Lachhuys. Als je de trap betreedt hoor je onder je voeten rare geluiden. Vanuit de grote ruimte in dit huis heb je een overzicht over het naastgelegen Anton Pieckplein. Ook kun je het Leedhuys zien liggen, de vroegere EHBO-post van Marerijk die tegenwoordig buiten gebruik is en zelfs tijdelijk bekend stond als het Leuterhuys. Ook is te zien hoe de slakken van de monorail het station van het Slakkenhuys binnen rijden.
Lavenhuysjes
Foto | Naam | Functie | Monorail | Toegankelijk te voet | Aantal Laven |
---|---|---|---|---|---|
Lonkhuys | uitkijktoren | eerste huys, doorheen | ja | 0 | |
Lot's Kraamhuys | kraamhuis | na het Lonkhuys, links | ja | 26 | |
Lal's Brouwhuys | drankproductie | na Kraamhuys, vlak over het dak | ja | 7 | |
Lurk en Limoenhuys | drankconsumptie | na Leunhuys links | ja | 1 | |
Leunhuys | woonhuis van electricien | tweede huys waar men doorheen rijdt, na het Brouwhuys | er onderdoor, niet naar binnen | 3 | |
Loof en Eerhuys | aanbidding en herdenking | na Leunhuys rechts | ja | geen te zien, wel te horen en een verguld beeld | |
Lijn's Zweefhuys | woonhuis van touwslager | na Leunhuys rechts | ja | 0 | |
Lavelhuys | woonhuis van verzamelaar | tweede huys waar men doorheen rijdt, na het Brouwhuys | er onderdoor, niet naar binnen | 1 | |
Leerhuys | educatie (school) | na Lavelhuys, aan drie zijden eromheen | naar binnen loeren, niet naar binnen | 5 | |
Glijhuys | vermaak (glijbanen) | na Leerhuys links | ja | 1 | |
Laafs Loerhuys | geschiedenis vertellen | te zien centraal in het dorp groot deel van de rit | ja | 0, wel te zien op dia's | |
Lariekoekhuys | voedselproductie (bakkerij) | na Glijhuys links | ja | 7 | |
Lachhuys | opbeuren van bezoekers | na Lariekoekhuys links | ja | 0 | |
Leedhuys | voormalige EHBO-post | na Lariekoekhuys rechts | nee | 0 | |
Slakkenhuys | station | opstap en uitstap | ja | 1 |
Monorail
Over danwel door heel het dorp loopt het spoor van de verhoogde monorail. Startend vanuit het station, het Slakkenhuys, word je in een slak gezeten op drieënhalve meter hoogte grotendeels door de openlucht gevoerd, maar ook doorkruist de monorail enkele van de Lavenhuysjes. In een enkel geval is daar iets te zien dat vanaf de grond niet zichtbaar is: laaf Lorrenloet in het Lavelhuys.
Geschiedenis
Aanleiding
De attractie is geboren uit een aantal zaken die eind jaren tachtig speelden. Op de eerste plaats wilde de Efteling na de 'wilde' jaren, waarin thrillrides als de Python en de Piraña werden toegevoegd, terug naar de bakermat van het park: het sprookje. Deze weg werd al succesvol ingeslagen met Fata Morgana en de Trollenkoning in het Sprookjesbos. Volgens Ton van de Ven kwam daar een probleem bij kijken. Hij zei daarover bij zijn speech bij de opening van het Volk van Laaf:
Al heel lang wilden we in de Efteling weer iets doen met de bekende sprookjesstijl. Het probleem was alleen het vinden van een passend sprookje. Hier stuit je op het gegeven dat veel mensen niet meer zo goed op de hoogte zijn van Andersen of Grimm en de meeste sprookjes komen ook al op de één of andere manier in de Efteling voor.
Paul Beck vertelt in een persoonlijk gesprek in 2010:[1]
Ik was nog maar net in dienst toen Ton van de Ven naar mij toekwam met een plan om het sprookjesimago van de Efteling te gaan versterken. Ton van de Ven had het idee om een soort nieuw Sprookjesbos te bouwen, en dat was dan het Lavenlaer. De attractie zou gaan om een uniek volkje met een bijzondere historie: het Volk van Laaf dat na eeuwenlange ondergrondse omzwervingen uiteindelijk in de Efteling terecht was gekomen om daar te komen wonen. Het was een nieuw en eigen sprookje, en iedereen was daar meteen heel enthousiast over! Ook omdat het Lavenlaer redelijk betaalbaar was. Best kostbaar, maar in de traditie van de Efteling bezien was het in elk geval niet zo duur als een achtbaan. Daarbij zou de attractie een enorme capaciteit krijgen, de grootste van alle attracties in de Efteling! Dat was natuurlijk ook erg belangrijk.
Ontwerp en techniek
Ton van de Ven baseerde zijn idee voor een nieuw sprookje binnen de Efteling op de fabel van Luilekkerland. De eerste tekeningen voor het project laten huisjes zien in de vorm van taarten en gebakjes.[2]
Over de oorsprong van de geschiedenis vertelt Ton:[3]
Ik heb al jaren gespeeld met de gedachte een soort Luilekkerland te maken in combinatie met het beeld van een 'funny village', een fantasiedorp met een idiote architectuur. Die luilekkerland-gedachte spreekt uit de dikbuikige gestaltes van de Laven. Het verbeeldt het goedige aspect in de mens, een volk zonder conflicten. Precies wat we nodig hebben in deze tijd van geweld en drugs. De eerste schetsen dateren uit 1985/1986, maar toen kreeg de Fata Morgana voorrang.
Het proces verliep vlekkeloos: terwijl Ton van de Ven de eerste impressies van het Lavenlaar en alternatieven op verschillende huisjes maakte, werd direct besloten om een compleet dorp met meerdere huisjes en interieurtjes te bouwen. Nog voordat de eerste tekeningen waren uitgewerkt maakte architect Jan Verhoeven funderingsplannen die zonder tegenslagen bij de gemeente werden goedgekeurd. De bouwdienst ging op zoek naar gebruikte authentieke materialen en de eerste schaalmodellen werden geboetseerd. Veel zaken worden later in het werk zelf bepaald en het project wordt binnen budget opgeleverd.
Een lastig vraagstuk waar projectmanager Erik van den Brand zich mee bezighield was de keuze voor de bewegingstechniek. De Trollenkoning, twee jaar eerder geopend, was op dat moment de meest geavanceerde animatronic die de Efteling had neergezet. Lex Lemmens wilde opnieuw een samenwerking met TNO aangaan. De bewegingstechniek van Fata Morgana had zich inmiddels echter ook bewezen. Na hevige debatten, waarbij Ton van de Ven keer op keer aanvoerde dat de bewegingen primair en simpel moesten zijn, werd gekozen voor de techniek van Fata Morgana: de nokkenschijven en af en toe wat luchtdrukcilinders. Bijkomstigheid was dat alle scènes onderkelderd moesten worden om de nokkenschijven rechtstreeks onder de pop kwijt te kunnen. Er werd door Ton van de Ven een bewuste keus gemaakt om alle taferelen te verhogen zodat de scène zich afspeelt op ooghoogte van kinderen en volwassenen vanuit een hoger perspectief naar de figuren kijken. Het zou de beleving van een inkijkje in een andere wereld versterken.[4]
Om de bestrating van het dorpje een oud en doorleefd uiterlijk te geven ging men op zoek naar klassieke harde en gemêleerde klinkers in waalformaat. Er werd een weggetje in Zeeland gevonden waarvan de stenen gebruikt konden worden. Ze werden bewust wat verder uit elkaar gelegd om de verharding in het Laar een rustiek karakter te geven. Deze fraaie bestrating werd vanaf 2019 in fases vervangen door standaard rode industriële straatsteentjes, die makkelijker begaanbaar zijn voor rolstoelen en wandelwagens.
's Avonds is het dorpje feeëriek uitgelicht door spots in diverse kleuren die her en der door het Lavenlaar verspreid zijn. Deze verlichting is niet permanent en wordt ieder jaar door Flashlight opnieuw aangebracht.[5]
Vroeg ontwerp voor een dia uit het Loerhuys
Ontwerp voor Oermoeder Lot
Locatie
Een ander punt was de locatie. Op de plek waar het Lavenlaar gebouwd werd stond de oudste attractie van de Efteling: de Speeltuin. Deze was inmiddels wat in verval geraakt en had aan aantrekkingskracht verloren bij het grote publiek. Men vond dat de speeltuin niet meer bij de filosofie van het park zou horen en speeltuinen zouden niet meer uniek zijn. Droomvlucht en Villa Volta waren nog niet uitgewerkt, maar er kwam een visie waarbij alle zelfbedachte sprookjes bij elkaar geplaatst werden. Het Volk van Laaf was daar een eerste stap in.[1]
De bouw van het "Funny Village" (zoals het Luilekkerland-project inmiddels heette), op de locatie van de Speeltuin, werd in 1989 door de directie goedgekeurd onder leiding van de nieuwe directeur Paul Beck. Het stichtingsbestuur had aanvankelijk nog zijn twijfels over de toegevoegde waarde van de attractie, maar Beck zag, mede door de mogelijkheden met merchandise, wel brood in de Laven.[6] Hoewel de merchandise rondom Laaf al vanaf het begin uitgebreid was opgezet, werden de Laven pas echt een kassucces toen in 1996 Laaf Products werd opgericht.
Sloop speeltuin en bouw Lavenlaar
Bouw van het Volk van Laaf voor een uitgebreid fotografisch verslag
De bouw van het Lavenlaar duurde acht maanden en de hele attractie heeft uiteindelijk 15 miljoen gulden (6,8 miljoen euro) gekost. Vrijwel alles aan het Volk van Laaf werd in huis gemaakt: de huizen werden in eigen beheer gebouwd, alle figuren werden door eigen afdeling Decoratie & Vormgeving gemaakt, kleding en schoeisel werden intern ontworpen en gemaakt door schoenmaker Van Beers BV.
Begin 1989 werd de helft van de speeltuin van speeltoestellen ontdaan: de Fietsenmolen en de klimtoren werden verkocht, terwijl de Chinese familieschommel en de Ponymolen werden gesloopt. Er werd een grote witte bouwschutting om het afgesloten gebied gezet. Op de schutting hingen borden met een aankondigingstekst: De Efteling bouwt haar grote attractie voor het seizoen 1990. Wij vragen uw begrip voor eventueel storende bouwwerkzaamheden. Door verschillende kijkgaten in de schutting te maken werd de bouwfase van de attractie als promotie gebruikt.
De andere helft van de speeltuin bleef tot het naseizoen geopend voor publiek, waaronder de bestaande EHBO-post die in het Lavendorp geïntegreerd moest gaan worden onder de naam Leedhuys. Aan het eind van het seizoen werd ook deel gesloten voor de bouw van het Lavenlaar en werd het bouwterrein uitgebreid.
Enkele draaimolens en de Gekroonde Eend werden verplaatst naar respectievelijk het Speeltuinplein (achter de vroegere Smulpaap) en het Anton Pieckplein. Zaken die niet in de weg van het Lavenlaar lagen, voornamelijk het Kinderbad en de vroegere Kleuterhof, moesten niettemin aan ruimte inboeten: het bad werd verplaatst en verkleind en de Kleuterhof verdween geheel van het Efteling-toneel (vier jaar later zou een nieuwe speeltuin onder dezelfde naam in Reizenrijk verrijzen). De Witte Olifant en de Apenmolen bleven behouden en ook de Jeepmolen keerde terug, zij het in een nieuwe vorm. De heksenhoed, schuitjes, schommels, paardenmolen en dierenmolen kwamen terug tussen het Lavenlaar en het later geopende Villa Volta. In 2007 werd deze speeltuin gerenoveerd en kreeg de naam Kindervreugd.
Bestaande structuren werden creatief hergebruikt: de oorspronkelijke Jeepmolen werd omgebouwd tot de souvenirwinkel voor het Volk van Laaf: De Loetiek; de fundering van de Ponymolen werd hergebruikt voor het horecapunt Lurk en Limoenhuys en de bestaande EHBO-post-gebouw werd Laafs aangekleed.
Bouwtekening voor de doorgang naast Loetwiek
Opening
24 augustus 1989 werd het Volk van Laaf aan de Nederlandse pers gepresenteerd. Een Laaf (Spielaaf geheten, gespeeld door Robert-Jaap Jansen) kwam met veel rook ter plekke uit een gat in de grond - de rest van het volk zou gehaald worden en men besloot zich hier te vestigen. De Laaf werd direct opgevangen door personeel van de EHBO die al in typische dokterskleding aanwezig waren. Verder aanwezig waren TROS-verslaggever Wim Bosboom die een interview mocht afnemen, de consul-generaal van Finland Willem van der Vlugt die in naam van de Finse regering de Laaf welkom heette in de Efteling en burgemeester Hans van Dun van de gemeente Loon op Zand. De aanwezigheid van de consul-generaal werd verklaard doordat de Laven vóór hun reis onder de aardkorst buren van de Lappen waren.[7]
Het Lavenlaar opende op 12 april 1990 voor de bezoeker. Op 15 juni werd er een groot openingsfeest gehouden met een grote vuurwerkshow en veel beroemdheden, en Paul Beck paradeerde met Sneeuwwitje uit de gelijknamige Eftelingmusical door het Lavenlaar.
Vergelijking Land van Ooit
In eerste instantie was het de bedoeling de attractie "Het Land van Laaf" te noemen (een naam die door veel bezoekers en soms door de Efteling zelf ook wordt gebruikt), maar aangezien een jaar daarvoor Het Land van Ooit was geopend door ex-directeur Marc Taminiau, werd hier van afgezien. De attractie werd zodoende als "Het Volk van Laaf" gepresenteerd, terwijl boven de hoofdpoort de naam "Het Lavenlaar" wordt gebruikt. Een laar is een open plek in het bos.
Behalve gedoe over de naam, haalde Taminiau rondom de opening van het Volk van Laaf verschillende keren uit naar het park. "Anton Pieck zou zich omdraaien in zijn graf", sprak hij in de krant.[3]
Toevoeging Buitenlaven
Een jaar na opening, in 1991, werd een aantal nieuwe Laaffiguren aan het dorpje toegevoegd: de schoorsteenlaaf Grote Lef, elektricien Lektriek, orgellaaf Loetwiek, Luiwam bij het Brouwhuys en op het Lariekoekhuys bakker Luim en zijn knecht Leffie.[8] Hiermee werd een wandeling door het dorpje een stuk levendiger.
Op de ontwerp- en bouwtekeningen die bekend zijn van het oorspronkelijke "Funny Village" ontbreken ze consequent (evenals op de verder vrij uitputtende LaafLoop), en op de ontwerpen voor de nieuwe buitenfiguren staat (al) "Volk van Laaf". Dit wijst erop dat de deze Buitenlaven inderdaad pas achteraf bedacht zijn, en niet oorspronkelijk al gepland waren.
Latere aanpassingen
Naast kleinere veranderingen aan de individuele huysjes, is er ook aan het dorpje zelf een en ander veranderd:
- De Slakkenmonorail werd in 1995 omgevormd van fietsattractie naar elektrische aandrijving. Hiervoor werd ook het Slakkenhuys aangepast. Sinds 2004 staat er een statisch Laaf-figuur in het voormalige controlehokje.
- Het Lurk en Limoenhuys sloot als horecapunt in 2003, waarna in 2005 een 'under construction'-bordje en -geluidseffect werden toegevoegd.
- In januari 2005 werd, naar een ontwerp van Michel den Dulk, boven de prullenmanden in het dorp een reliëf van een larfje toegevoegd, naar analogie van de Klein Duimpje-prullenmanden elders in het park.
- Tijdens groot onderhoud aan het Lavenlaar in het voorjaar van 2013 werd de muur rondom de enclave op veel plekken verlaagd. Onder andere bij Lot's Kraamhuis, het Slakkenhuys en het Lachhuys werden inkepingen gemaakt.
- In juni 2019 werd het plein bij de hoofdingang, tussen het Lonkhuys, Slakkenhuys en Loerhuys, nieuw bestraat met vlakke rode klinkers in plaats van de oude, gemêleerde en hardere klinkers die er voorheen lagen.
- Winkel de Loetiek kreeg qua assortiment over tijd een steeds lager Laaf-gehalte, en sloot in 2019. In het gebouwtje is nu Spiegeltje, spiegeltje... gevestigd dat niet meer aan Laaf gerelateerd is.
- Lal's Brouwhuys werd in 2021 verbouwd: de voorheen geheel gesloten, gemetselde en gestucte ingangstunnel met rond dakprofiel werd vervangen door een opengewerkte en wat spitser toelopende galerij.
- In 2022 werd flink gerenoveerd in het Lavenlaar. Zo werd het Lonkhuys deels opnieuw opgebouwd. Ook werd weer een deel van de oude gemêleerde harde straatklinkers vervangen, dit keer onder andere bij de Lolwippen en het uitzichtpuntje voor het Brouwhuys. Rond de wippen kwam een nieuwe EPDM-speelvloer. Deze werkzaamheden liepen door tot in het voorjaar van 2024, toen nog meer bestrating vervangen is en diverse huysjes gerenoveerd zijn.
Heropening Lurk en Limoenhuys
Nadat het Lurk en Limoenhuys als horecapunt dus sinds 2003 gesloten was, werd er in 2024 een eindelijk een nieuwe invulling aan gegeven. Er verscheen een heel nieuw loertafereel, waarin laaf Luur vruchtensappen bereidt. Het is de eerste echt inhoudelijke uitbreiding van het Lavenlaar sinds de toevoeging van de buitenlaven in 1991, en ook de eerste Laafscène van een andere ontwerper dan Ton van de Ven: Sander de Bruijn.
Het verhaal
Het verhaal van de Laven is geen bestaand sprookje, maar geschreven door Ton van de Ven. In het sprookje worden de Laven van hun oorspronkelijke woonplaats de Noordpool verdreven. Ze duiken ondergronds en zwerven daar lang rond, om uiteindelijk in de Efteling weer bovengronds te komen en hier hun dorp te stichten. Zie voor de uitgeschreven versie van het verhaal de Lavenkrant en voor een vertelde versie het Laafs Loerhuys.
Het sprookje achter de Laven, dat in het Loerhuys te bekijken is, verhaalt dat tijdens de winter van 1990 de Laven hun nederzetting hebben opgetrokken in de Efteling na een lange, barre tocht door de aarde. Vele jaren geleden leefden de Laven op de Noordpool. Toen het ijs kwam en er onophoudelijke sneeuwstormen joegen, ging het volk op de vlucht, geleid door de vader der Laven, de Grote Laaf, en zijn vrouw, Oermoeder Lot. Ze konden geen andere kant op dan door de grond en zo begonnen de Laven te graven. Tijdens de tocht legde de Grote Laaf het Grote Lood; liefdevol maakten de Laven een beeld van hem en dat namen ze mee op hun verdere reis door de aarde. Na een avontuurlijke reis die eeuwen duurde, kwamen ze uiteindelijk in de Efteling terecht, omdat ze daar hun kreet "Alaaf!" hoorden.
In de Eftelingse media
In het park
Bij de entreepoort van het Lavenlaar staat een kunststof sprookjesboek opgesteld waarin een korte samenvatting van het sprookje staat in vier talen: Nederlands, Frans, Duits en Engels. De titel van het sprookje in deze talen luidt:
- Het Volk van Laaf
- Le Peuple des Lavanors
- Das Volk von Laaf
- The People of Laaf
Het boek werd geplaatst in 2000. Toen alle boeken van een nieuwe layout werden voorzien in 2013 werd ook dit boek vernieuwd.
De Nederlandse tekst:
Vele miljoenen jaren geleden leefde op de noordpool het vrolijke Volk van Laaf. Ze leefden er zorgeloos in een tropisch paradijs, totdat de ijstijd kwam. Oervader Laaf liet een groot gat graven in de warme schoot van Moeder Aarde, zodat zijn volk kon vluchten voor het ijs. Helaas legde oervader Laaf "het Grote Lood". En zo moest oermoeder Lot, de moeder van alle Laven, haar volkje alleen begeleiden op hun avontuurlijke tocht door het binnenste van de aarde, op zoek naar een veilige plek om te wonen... in de Efteling!
In boeken
- In sprookjesboek En ze leven nog lang en gelukkig uit 2019 is het reisverhaal opgenomen, waarbij Ad Grooten de focus wat meer heeft verplaatst naar de figuren die je tegen kunt komen in de Efteling, zoals Lavi, Lal en de Luims. Het is geïllustreerd met enkele fraaie Ton-schetsen.
In hoorspelen en luisterboeken
- In 1998 werd de cd Verhalen en liedjes over Het Volk van Laaf uitgebracht, waar naast twee unieke verhalen over de Laven ook een ingekorte versie van het oerverhaal wordt verteld door Wieteke van Dort.
Bijbelse oorsprong
Het levensverhaal van de Laven vertoont parallellen met het bijbelverhaal van Lot uit het boek Genesis. Lot (een man) moet zijn tenondergaande stad Sodom ontvluchten. Zijn vrouw mocht hierbij niet achterom kijken, zij deed dit toch en veranderde in een zoutpilaar. Lavenmoeder Lot (een vrouw) moet met de Laven hun tenondergaande woonstede ontvluchten, en verliest daarbij haar man die verandert in een ijspilaar.
Hierna vertonen de verhalen nog maar weinig overeenkomsten: in de bijbel gaat het daarna verder over incestueuze intriges, in de Efteling over duurzaamheid en luim.
Ton van de Ven legde ook heel bewust verbanden met Bijbelse vertellingen:
De oude Laaf, de stamvader, de enige die echt stierf terwijl de rest van het volk zich in een gat in de grond verstopt heeft. Dan heb je het verhaal van Christus. Het grootste sprookjesboek ter wereld, de bijbel, speelde bij deze schepping wel degelijk in mijn achterhoofd. Dat was het verhaaltje dat ik mezelf vertelde.[9]
Utopische samenleving
Ton van de Ven heeft met het Lavenlaar een utopische, idealistische versie van de samenleving neergezet. Een zorgeloze samenleving zonder de onaangename kanten van het leven. De levensstijl van de Laven is onmiskenbaar bourgondisch. Een belangrijk contrast met bijvoorbeeld het Sprookjesbos, is dat tegenslagen of bedreigingen; armoede, ongeluk of ziekte er niet zijn te vinden. Zelfs de dood is, op één goed gedocumenteerde uitzondering na, afwezig.
Een belangrijk ingrediënt van het dorpje is de ecologische inslag, een weerslag van de tijdgeest begin jaren 90 toen de attractie gebouwd werd. Volgens het verhaal zagen de Laven tijdens hun onderaardse tocht hoe de mens de aarde vervuilt, grondstoffen verspilt en zijn eigen problemen veroorzaakt. Daarentegen is de ideale samenleving van de Laven geheel zelfvoorzienend. De Laven eten geen vlees en gebruiken geen vervuilende stoffen. Het dorpje is compleet gebouwd uit duurzame materialen.
Aantrekkingskracht
De opening van de attractie leverde, in 1992 genoemd, 150.000 gasten extra per jaar op.[10] Echter is het succes van het Lavenlaar daarna snel afgenomen en zijn er steeds minder gasten die het Lavenlaar bezoeken. Projectleider Erik van den Brand zegt hierover in 2010:[4]
We hadden toen heel veel van het Lavenlaar verwacht in termen van aantrekkingskracht en populariteit. Ik vind het nog steeds één van de mooiste plekjes van de Efteling, waarbij het gemiddelde publiek nooit dat niveau meer heeft. Achteraf kun je daar heel veel dingen van vinden hoe dat komt. Mijn verklaring is dat men het verhaal niet kent. Het publiek van nu is zo kort van memorie en heeft zo weinig geduld dat men dat verhaal niet tot zich neemt voordat ze het gaan bekijken. Je moet er eerst aan werken om er van te kunnen genieten. En dat doet de grote massa dus niet. Maar het is gemiddeld niet meer of minder spektakel dan in het Sprookjesbos. Het verhaal proberen te verbinden naar wat men kent in plaats van zelf een verhaal te maken en dat proberen te verkopen: je maakt het jezelf nodeloos moeilijk.
Wetenswaardigheid
- Verspreid over het Lavenlaar zal je veel vogelhuisjes zien met een zeer groot gat. Deze huisjes bevatten in tegenstelling tot wat je zou vermoeden een speaker die vogelgeluiden produceert.
- ↑ 1,0 1,1 Persoonlijk gesprek met Paul Beck, december 2010
- ↑ Henk vanden Diepstraten: De Efteling/Kroniek van een Sprookje. Baarn: Tirion (2002), p. 159
- ↑ 3,0 3,1 Strijd in Brabantse attractieparken om de prijs van de originaliteit, Maasroute, 21-09-1989
- ↑ 4,0 4,1 Persoonlijk gesprek met Erik van den Brand, najaar 2010
- ↑ Podcast Kleine Boodschap nummer 243, 'Lavenlaar audio-tour' (15-11-2021)
- ↑ Henk vanden Diepstraten: De Efteling/Kroniek van een Sprookje. Baarn: Tirion (2002), p. 149
- ↑ Persmap van het Volk van Laaf, 1989
- ↑ Hunen Kompas, 13 juni 1991
- ↑ 'Efteling had superjaar met Droomvlucht ', NRC Handelsblad, 3-5-1994
- ↑ 'De Efteling - handel in illusies', Limburgsch Dagblad, 18-07-1992
Attracties | ||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
|