Mam, een duppie voor de kip? | |
---|---|
Mam, een duppie voor de kip? | |
Auteur | André Sonneville |
Vormgeving | Robert-Jaap Jansen |
Onderwerp | geschiedenis van de Efteling |
Uitgever | Efteling |
Uitgavedatum | 1992 |
Pagina's | 92 |
Uitvoering | gelijmd |
Oplage | 6.000 |
Prijs | ƒ 24,95 |
Boeken |
Mam, een duppie voor de kip? is het jubileumboek dat in 1992 ter ere van het veertigjarig bestaan van de Efteling werd uitgebracht.
Het boek werd in opdracht van de Efteling geschreven door externe tekstschrijver André Sonneville die hiervoor een aantal interviews hield met Eftelingmedewerkers. Robert-Jaap Jansen zorgde voor de illustraties en gaf het vorm als een oud fotoalbum. De druk en lithografie werd gedaan door Euro Color Creative BV in Sleeuwijk in een oplage van 6.000 stuks.
Op de voorkant van het vierkante boekje, dat eruitziet als een bruin lederen fotoalbum, staat een zwart-witfoto met gekartelde rand waarop een meisje te zien is dat een ei uit de Stenen Kip haalt. Het woord 'duppie' is uitgebeeld als een dubbeltje uit 1951, het oorspronkelijke openingsjaar van de Efteling. Achterop staat het logo van 1992. De zijkant van het boek is geperforeerd en door de gaatjes zit een bruine veter die vastgeknoopt kan worden om de pagina's beter bij elkaar te houden, maar het boek is tevens gelijmd. Het begint aan de binnenzijde van de voorflap met de plattegrond van de Efteling uit 1953 en eindigt aan de binnenzijde van de achterkant met de plattegrond van 1992.
Het boek vertelt in 92 pagina's beknopt hoe de Efteling van sportpark uitgroeide tot themapark door middel van feitjes, anekdotes, legendarische citaten en veel oud fotomateriaal, waarbij de aandacht voornamelijk uitgaat naar enkele bekende anekdotes uit de beginjaren van het sprookjespark. Op alle linkerpagina's zijn de foto's en illustraties te zien, en op de rechterpagina's staan de onderschriften en de lopende tekst, die verdeeld is in twee kolommen over de pagina. Het boek was gedurende twee seizoenen in de winkels van het park te koop voor de prijs van ƒ 24,95.
Samenvatting
Mam, een duppie voor de kip? kan gezien worden als de voorloper van Kroniek van een Sprookje. Het is het eerste geschiedenisboekje dat de Efteling geheel onder eigen beheer uitbrengt, maar het is erg beknopt en gaat niet diep op de materie in. Het geeft geen blik achter de schermen en brengt ook geen negatieve zaken uit de geschiedenis aan het licht, maar vertelt op lichte wijze een korte samenvatting van de geschiedenis van het park en illustreert deze door middel van foto's uit het eigen archief, enkele tekeningen van Anton Pieck en Ton van de Ven en voornamelijk veel feiten en anekdotes, waarvan de meeste al in voorgaande publicaties over Pieck en het attractiepark stonden.
De meeste aandacht in het boekje gaat uit naar de beginjaren van het park. Aan de hand van anekdotes, krantenartikelen en uniek fotomateriaal worden de pioniersjaren onder de aandacht gebracht. Bijzonder daarbij zijn enkele foto's van ateliers, werk- en bouwplaatsen. De voor Efteling-fans bekende anekdotes over Pieck die de bouwvakkers de muren in het Sprookjesbos scheef liet metselen, het ijsbord op het Anton Pieckplein en de fraters die de eitjes van de kip vulden komen allemaal voorbij. Mam, een duppie voor de kip? bevat in dat opzicht weinig nieuwe informatie, maar vat vooral deze trivia samen.
De aandacht gaat daarna uit naar de Stoomcarrousel, Holle Bolle Gijs, De Indische Waterlelies, het Spookslot en de Python. Van ieder van deze attracties worden weer enkele feitjes en anekdotes aangehaald, voorzien van bijzondere foto's. Vreemd is echter dat na de Python het boekje in een behoorlijk tempo richting 1992 gaat. Van attracties als Fata Morgana, Carnaval Festival, Droomvlucht en het Volk van Laaf wordt bijna geen informatie gegeven (sommige worden zelfs in één zin samengevat) en moeten het doen zonder bouwfoto's en dergelijke. En zoveel als er over de grondleggers wordt gesproken, zo weinig komen we te weten over de grote namen van de recente geschiedenis. Ton van de Ven komt af en toe wel in het boek aan het woord (waaronder de anekdote bij Willem Duys), maar we komen over de persoon niets te weten.
Wat Duppie wel vrij uniek maakt, is dat het één van de weinige officiële Eftelingpublicaties is die ingaat op De Wereld van de Efteling. Het bood in 1992 dan ook voor bezoekers en liefhebbers een eerste blik in de toekomstplannen van het park op dat moment. In het boek wordt verteld over een tien à vijftienjarenplan waarmee de Efteling moet uitgroeien tot een compleet vakantieland van 400 hectaren, dat 365 dagen per jaar open moet zijn en waar mensen niet één dag, maar hun hele vakantie kunnen doorbrengen. Trots wordt vermeld dat de eerste stap van De Wereld van de Efteling in 1992 gerealiseerd is met de opening van het Efteling Hotel en dat het Golfpark snel zal volgen, gevolgd door een uitgaanscentrum en een vakantiestad met 650 appartementen en 450 vakantiebungalows. Op een plattegrondje, dat vrij klein staat afgedrukt, is tevens een tweede themapark op te maken waar in de tekst niet over wordt gesproken.