De Rattenvanger van Hamelen is een sage gebaseerd op gebeurtenissen in 1284 in de Duitse plaats Hameln (in het Nederlands: Hamelen), die grote bekendheid kreeg toen de gebroeders Grimm deze opnamen in hun Deutsche Sagen. De legende verhaalt over een onbekende man met een toverfluit die langs kwam in Hamelen om de stad van een rattenplaag te ontdoen. Maar wanneer de bevolking hem niet zijn beloofde betaling geeft, nam de man alle kinderen mee.
In de Efteling is een verwijzing naar het sprookje aanwezig in het Diorama. Er is geen uitbeelding van het verhaal in het Sprookjesbos of elders in het park. Er zijn in het verleden meermaals plannen geweest om deze te realiseren. Het sprookje komt voor in enkele Efteling-publicaties.
Inhoud
In de Efteling
Ontwerpen en onuitgevoerde plannen
Drie Eftelingontwerpers hebben zich bezig gehouden met het sprookje, maar geen van allen zijn uiteindelijk tot uitvoering gekomen. In Anton Pieck en de wonderbaarlijke geschiedenis van de Efteling (1982) is over twee pagina's een tekening van Anton Pieck te vinden, waarop het stadje Hamelen staat afgebeeld. Op de voorgrond is de fluitende rattenvanger te zien, lopend richting de rivier, met een stoet ratjes achter hem en boven de stadsmuren piepen de hoofden van de bevolking. Het is onduidelijk waar dit ontwerp voor diende, maar het wekt de suggestie dat een uitbeelding van het verhaal in de Efteling ooit op de planning stond.
Rond 2003 werden er plannen voor een uitbeelding in het Sprookjesbos ontwikkeld door Michel den Dulk. Aansluitend op zijn Meisje met de Zwavelstokjes concipieerde hij de uitbeelding van nog twee sprookjes in dezelfde stijl: Duimelijntje en de Rattenvanger van Hamelen. Met het vertrek van Den Dulk bij de Efteling is dit plan vermoedelijk ten onder gegaan. Inmiddels zijn de Sprookjesboom en De Nieuwe Kleren van de Keizer gerealiseerd, wat de uitvoering van de plannen in deze vorm onwaarschijnlijk maakt.
In 2018/2019 zou het weer geopperd en schetsmatig uitgewerkt zijn als idee voor uitbreiding van het Sprookjesbos in het project Sprookjesrijk. Hierbij zou mogelijk ook een dorpsplein en restaurant kunnen komen in de buurt van het toenmalige Dwarrelplein. Uiteindelijk is toen echter gekozen voor De Zes Zwanen.
Hoewel niet in opdracht van de Efteling, heeft ook perspectiefbeheerser Ton van de Ven een uitvoering van het verhaal gemaakt. Hij bewerkte voor zijn eindexamen Industriële Vormgeving het verhaal van de Rattenvanger van Hamelen op verschillende grafische manieren. Ondanks onvrede van de docenten, "Je gooit slagroom op de suede schoenen", was hij toch geslaagd.
Aanwezigheid in het park
In de Efteling is de sage toch kleinschalig aanwezig. Sinds de renovatie van het Diorama in 2007 is het sprookje uitgebeeld, zij het uiteraard in miniatuur. Aan de noordkant van het decor, door de elfde ruit vanaf uiterst rechts van de nachtscène geteld, is de rattenvanger te zien, al pijpend op zijn fluit, gevolgd door enkele tientallen ratten.
Gedurende een paar maanden in 2000 was de fluit van de rattenvanger te zien in het Sprookjesmuseum, op de plek waar eerst de Chinese Nachtegaal te zien was. De fluit verdween toen het Sprookjesmuseum later dat jaar sloot, en keerde niet terug toen de attributen een paar jaar later in het Efteling Museum terecht kwamen.
Het sprookje
Samenvatting
Hamelen gaat gebukt onder een rattenplaag. Op zekere dag meldt zich een vreemdeling bij het stadsbestuur, die beweert de stad van alle ratten te ontdoen, mits hij hiervoor rijkelijk beloond wordt. Het stadsbestuur beloofde hem goed te betalen voor zijn diensten.
De rattenvanger haalt een fluit tevoorschijn en begint te spelen. Alsof ze gehypnotiseerd zijn door de muziek volgen ratten uit alle holen en gaten de musicerende vreemdeling. Hij loopt met de ratten achter zich aan de stad uit, naar de rivier de Wezer waarin alle ratten verdrinken.
Het stadsbestuur is enthousiast over het succes. Echter, het heeft ook spijt van de hoge afgesproken beloning. De ratten zijn weg, dus het bestuur ziet geen noodzaak om de rattenvanger nu nog te betalen voor zijn diensten. De rattenvanger is niet te spreken over deze gebroken belofte. Hij haalt nogmaals zijn fluit tevoorschijn en begint te spelen. Alle kinderen van de stad volgen de rattenvanger, al dansend, precies zoals de ratten dat eerder deden. Hij leidt ze naar een nabije berg, alwaar ze verdwijnen. Het stadsbestuur zal zich nu wel tweemaal bedenken voordat het een belofte breekt.
Mogelijke oorsprong
Het verhaal lijkt terug te leiden op een werkelijke gebeurtenis op 26 juni 1284, maar over wat er precies voorgevallen is bestaat geen zekerheid.
De oudste bron is een glas-in-loodraam in de kerk van Hamelen van circa 1300, dat de kleurrijke fluitspeler en enkele in het wit geklede kinderen uitbeeldt. Er wordt vanuit gegaan dat het raam gemaakt is ter herinnering aan een tragische historische gebeurtenis. Het raam werd in 1633 verwoest. De oudste schriftelijke bron is een vermelding in de stadskronieken van 1384, "het is 100 jaar geleden sinds onze kinderen vertrokken". De ratten verschenen pas in een versie van het verhaal uit 1599, en zijn dus waarschijnlijk geen onderdeel van de historische gebeurtenis.
Veel theorieën over het tragische voorval gaan uit van het sterven van de kinderen door een natuurlijke oorzaak. Als mogelijke doodsoorzaken worden een (pest)epidemie, verdrinking in de Wezer of een aardverschuiving genoemd. De Rattenvanger staat hierbij symbool voor de dood, een vaker gebruikt verhaalpatroon dat ook ten grondslag ligt aan de Danse Macabre.
Andere verklaringen gaan uit van het vertrek van de kinderen op een pelgrimage, militaire veldtocht of zelfs een kinderkruistocht, waarvan ze niet terugkeerden. Modernere uitleg verwijst naar massa-emigratie naar Oost Europa, al dan niet doordat de kinderen verkocht zijn. Ook wordt er gedacht dat met 'kinderen van de stad' niet per se naar letterlijke kinderen, maar naar inwoners in het algemeen verwezen kan worden.
Populariteit in Nederland
In de loop der jaren is de sage in veel sprookjesboeken terecht gekomen, en wordt het dus als een sprookje gezien. Ondanks dat er geen ware uitbeelding van het sprookje in de Efteling te vinden is, kent het een grote populariteit in Nederland. Van 1972 tot en met 1976 werd door de KRO de jeugdserie Kunt u mij de weg naar Hamelen vertellen, mijnheer? uitgezonden, gebaseerd op het sprookje. De serie gaat verder waar het sprookje ophoudt, en volgt de avonturen van een groep kinderen met enkele volwassenen om de stad Hamelen terug te vinden. In de serie speelden Rob de Nijs en Martin Brozius enkele van de hoofdrollen. De muziek was van Joop Stokkermans, ook verantwoordelijk voor de muziek van een andere sprookjesachtige jeugdserie uit de zeventiger jaren: Ti-ta-tovenaar.
In de Eftelingse media
In boeken
- Het verhaal is opgenomen in het boek Meer Sprookjes van de Efteling (2011).
Als luistersprookje
- In de jaren zestig bracht CNR het sprookje als hoorspel uit als vierentwintigste deel in de serie. In 1970 werd het opgenomen op het album Sprookjes van de Efteling - deel 5, en verscheen ook op deel 5 van de cd-versie in 1992. In het luistersprookje wordt gebruik gemaakt van een fragment uit "Pièce pour flute seule" van Jacques Ibert als de fluitmuziek.
- Een nieuw luistersprookje werd opgenomen op deel 6 van De mooiste sprookjes uit de Efteling (2006), uitgebracht door ReDi Entertainment. Het liedje na afloop heet "Abracadabria".
Op televisie
- In het tweede seizoen van de tv-serie Sprookjes (2006) was een aflevering gewijd aan het sprookje. Het Lavenlaar dient hier als Hamelen, Den Olycke Tweelingh als het stadhuis, en het Spookslot als de grot waar de rattenvanger woont.