La Cenerentola is een komische sprookjesopera uit 1817 van de Italiaanse componist Gioachino Rossini (1792-1868). In 2015 werd deze opera in Nederland op de planken gebracht door Opera Zuid in een samenwerking met de Efteling. Het is een variatie op het bekende sprookje Assepoester.
De Opera
La Cenerentola is de twintigste opera van Rossini en één van de succesvolste uit zijn repertoire van 39 veelal luchtige opera's. Het libretto is geschreven door Jacopo Ferretti, gebaseerd op het sprookje "Cendrillon" uit de bundel van Charles Perrault. De première was op 25 januari 1817 in het Teatro Valle in Rome. Bijzonder is dat er slechts een maand tijd was om de opera te schrijven, repeteren en produceren. Een ongekende prestatie onder hoge tijdsdruk dus.
In La Cenerentola zijn veel bekende sprookjeselementen uit Assepoester zoals we het kennen uit de Efteling of de animatiefilm van Disney, net even anders. Zo is er geen stiefmoeder maar een boze (ook ietwat dommige) stiefvader, Don Magnifico. De goede fee is vervangen door Alidoro, filosoof en tevens de leraar c.q. raadsheer van de prins. En de identificatie van Assepoester na het bal gebeurt aan de hand van een armband en niet op basis van een glazen of gouden muiltje. Zulk voetgefröbel was immers veel te erotisch voor het strenge toezicht van de kerk in het vroeg negentiende-eeuwse katholieke Italië. Daarnaast is er ter verdere ondersteuning van de komische noot in het geheel een persoonsverwisseling opgenomen waarin de prins en zijn kamerheer van rol en kostuum wisselen met allerlei "onontwarbare knopen" in de plotlijn tot gevolg.
Samenwerking met de Efteling
Al in 2012 ontstond onder Bart de Boer een samenwerking tussen Opera Zuid en de Efteling. Op 22 april van dat jaar traden enkele solisten van de opera op in het Sprookjesbos.
Deze samenwerking werd in 2015 versterkt door de productie van La Cenerentola, die expliciet gebracht wordt als "in samenwerking met de Efteling". De inbreng van het park was vooral visueel van aard. Eftelings Assepoester-ontwerper Karel Willemen ontwierp de decors, Carla de Kroon was verantwoordelijk voor de kostuums en Wim Dresens verzorgde het lichtontwerp.
De vrij minimalistische decors van Willemen bieden weinig echt sterke parallellen met de stijl van de Efteling. Wel is de grafzerk van Assepoesters moeder herkenbaar als een variatie op de gevleugelde zerk in de tuin van het sprookje in het Sprookjesbos. Ook de schouw van de keuken waar Assepoester dapper voortslooft heeft Eftelingse trekken. De grimmige treurboom die aan het zerkeind ontspruit doet wat denken aan dergelijke kale en verwrongen bomen op de prenten van Anton Pieck. Naast zijn eigen sprookje baseerde Willemen zich ook op de film Dogville van Lars von Trier.
In de pompeuze jurken van de stiefzussen herkennen we wel de eerdere ontwerpen van De Kroon die ook binnen het park worden gebruikt.
Tour
De voorstelling stond dertien keer op de planken, met een try-out (14 mei) en première (16 mei) in het Parktheater in Eindhoven, gevolgd door een tournee langs theaters van Groningen tot Hasselt en Den Haag tot Maastricht. De tournee werd op 2 juli afgesloten in het Concertgebouw in Amsterdam. Opvallend is dat het Efteling Theater geen deel uitmaakte van de podia op de speellijst.