Blauwbaard is een sprookje over een rijke man die de gewoonte heeft om zijn vrouwen te vermoorden en de pogingen van een vrouw om het lot van haar voorgangers te vermijden. Het is een Frans volkssprookje; de beroemdste versie werd geschreven door Charles Perrault en in 1697 gepubliceerd in Sprookjes van Moeder de Gans.
Het sprookje kwam in 1986 voor het eerst op het Efteling-toneel toen tijdens de Brabantse Avonden een spel werd georganiseerd rondom het verhaal bij het Spookslot. In 2008 werd het sprookje gebracht als een aflevering van de televisieserie Sprookjes waarbij De Vliegende Hollander als het huis van Blauwbaard diende. Tot een uitbeelding in het park is het echter (nog) niet gekomen, en net als veel bekende sprookjes die geen uitbeelding in de Efteling hebben is het wel opgenomen in het boek Meer Sprookjes van de Efteling (2011).
Het sprookje
Samenvatting
Een rijke maar vreemde man, met een blauwe baard en met enkele verdachte huwelijken achter de rug, trouwt de jongste dochter van een alleenstaande dame. Kort na het huwelijk gaat hij op reis. Voor hij weggaat geeft hij zijn vrouw een bos sleutels. Hij vertelt haar waar alle sleutels voor dienen, maar één kamer verbiedt hij haar te betreden. Blauwbaard vertelt niet waarom ze de kamer niet in mag. Die nacht kan de vrouw kan haar nieuwsgierigheid niet bedwingen en opent de deur naar de verboden kamer. Daar vindt ze de lijken van haar vermoorde voorgangsters. Ze schrikt, waarbij de sleutel uit haar hand valt. De sleutel blijkt een betoverde sleutel te zijn waar plots bloed aan kleeft dat er niet meer af gaat. Blauwbaard keert eerder terug dan verwacht en ontdekt wat zij heeft gedaan. Zij moet sterven, maar mag nog een laatste gebedje doen. Zij laat haar zuster, die toevallig op bezoek is, op de toren uitkijken naar haar broers die hun komst al aangekondigd hadden. De drie kreten om hulp van de in doodsangst verkerende vrouw laten de spanning tot grote hoogte stijgen: "Zuster Anna, ziet je al iets komen?" De broers dringen het slot binnen op het moment dat Blauwbaard toe wil slaan. Ze doden hem en bevrijden hun zuster. Zij hertrouwt en met de schatten van Blauwbaard kunnen allen voortaan een onbekommerd bestaan leiden.